donderdag 10 oktober 2013

Babel De Rode ruiterij

Het is moeilijk Babel niet te prijzen omdat hij weergaloos is. Het is ook moeilijk hem wel te prijzen omdat hij een onwaardige marteldood is gestorven, een jaar eerder dan eerst werd gezegd en dus niet in een werkkamp. Prijzing verschrompelt dan al snel tot goedkope getuigenis.

Raadselachtig is waarom Babel in 1935 na een reis naar het Westen toch mee is teruggereisd naar Moskou, zijn geëmigreerde vrouw en andere familieleden achterlatend, hen zelfs proberend over te halen met hem mee te reizen.

Een aanwijzing vinden we misschien bij Nadezjda Mandelsjtam, die haar vinger op een zere plek legde in verband met Babels bezoek aan de literaire salon van Jevgenia Jezjova (inderdaad, de vrouw van Jezjov, hoofd geheime dienst). Babel had tegen haar (later gedeporteerde) echtgenoot over de agenten gezegd: 'Ik zou ze met geen vinger aanraken, ik snuif alleen hun geur op...' Het was dus nieuwsgierigheid, aldus Nadezjda, die Babel dreef.

Hoe verenig je die nieuwsgierigheid met de poëtische laconiciteit van de verhalen van De Rode ruiterij? Misschien lukt het ze, de intuïtie van Nadezjda Mandelsjtam volgend, te verbinden door middel van de notie geur. Stuiten we in de verhalen na enig zoeken op geur, dan lijkt die Babel aanvankelijk weg te leiden van het ware leven der mensen. Betekenisvol is dat hij dat juist beschrijft aan de hand van de sombere schuren in de door Joden bewoonde stad Beresteczko:

'In tijden van oorlog schuilen de mensen in deze catacomben voor kogels en plunderingen. Dagenlang hopen zich hier menselijk afval en mest van het vee op. Moedeloosheid en ontzetting vervullen de catacomben met een bijtende stank en het rottende zuur van uitwerpselen. Beresteczko stinkt tot op heden onverstoorbaar verder, alle mensen wasemen de geur van bedorven haring uit. Het stadje stinkt in afwachting van een nieuw tijdperk, en in plaats van mensen lopen er verbleekte schetsen van grensincidenten rond.' (270)

Niet echt een geur waar de hoofdpersoon lang in kan verkeren. Maar het korte verhaal eindigt met een communistische divisiecommissaris die de mensen voorhoudt:

'Jullie zijn de macht. Alles hier is van jullie. Er zijn geen heren meer. Hierbij open ik de verkiezingen voor het revolutionair comité...' (271)

Mensen van de stank ervan overtuigen dat zij de macht hebben, dat breng je niet op vanuit je eigen, spontane nieuwsgierigheid. Daartoe moet je worden overgehaald. Daarvoor heb je een Babel nodig.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten