Er wordt in antieke bronnen ook gewag gemaakt van commentaar van publiek. 'Pak hem af!', 'speel af!', 'kijk rechts!'. In de Russische film hoor je die kreten ook voortdurend, van toeschouwers en van de spelers zelf.
Andrej krijgt een relatie met een mooie chique, verveelde vrouw. Zij beheert in 1914 een literaire salon in Petrograd, de broedplaats van de latere beroemdheden Mandelsjtam, Achmatova, Blok.
De voetballende vrienden dromen in het beginjaar van de oorlog van een nieuw voetbalstadion, het wordt een mooie club. Mij lijkt die droom een positief gegeven temidden van vernietiging en verveling. Zo mistig (als Jan Pieter Ekker in De Volkskrant dacht) is het dus ook weer niet.
De hoge waarden worden afgepakt (ἁρπαζονται zou je dan misschien moeten zeggen) uit de salon en de wereldgeschiedenis naar de jongens op het modderveld. Voetbal als plaats van hoop en beschaving.
'Haan, leeuw, sombere adelaar en
minzame beer - kom, laten wij
de oorlog kooien en daarbij
de beestenhuiden wat verwarmen.'
(Mandelsjtam, Beestenspel)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten