donderdag 9 februari 2012

Hoe het mis ging

Al vroeg ben ik geprezen. Ik kon pianospelen, ik kon voorlezen in de kerk. Er was zoveel, laatst heb ik het bij een arbeidsmarktverkenningsbureau moeten beschrijven en kwam ik tot 24 kantjes. Vermogens, okee, maar wel vermogens waarvoor ik geprezen werd.
Ik herinner me scènes in een café, beetje teut, waarbij vrienden zich naar me vooroverbogen, en een vriend met toevertrouwde dat ik dit of dat heel goed kon. Het was een steuntje in de rug, een hart onder de riem. Het heeft me echt geholpen om sommige verliezen te verwerken.
Maar het heeft me destijds nog niet geholpen te begrijpen waarom ik op dat spoor terechtkwam, waarom ik uiteindelijk in die kroeg belandde, met die prijzen, dat verleden, die vervulde toekomst en onvervulde toekomst.

Achteraf begrijp ik beter de pijn en de frustraties. Altijd gedacht dat ze me naar mijn eigen ambities leidden. Het waren toch vooral de toeschrijvingen van anderen.

Het is zo moeilijk om ze volstrekt te negeren. Voor je het weet ga je je ertegen afzetten, zit je toch weer in een speurtocht naar je ware identiteit, het zelf achter de facade, achter het facadezelf.

Maar er zijn ook weer zoveel neutraliseringstactieken. Bijvoorbeeld zachtjes meeneuriën met de prijzingen. Lichte ontwrichtingen. Kleine overdrijving. Afzwakkende herhaling. Het volledig doorspreken met je psycholoog. Het besef dat je deel uitmaakt van een universum, ook de allergrootste doet dat. Zo van wat zegt het nou helemaal?

Maar pas op. Wie de prijzing ontkent wil tweemaal geprezen worden. Eenmaal voor zijn verdiensten, eenmaal voor zijn bescheidenheid.

Je moet dus tamelijk radicaal zijn, niet zomaar in verzet gaan of meegaan. Misschien moet je bij alle tactiek gewoon hopen dat de prijzing zichzelf uitdooft in jou. De juiste combinatie van reikhalzend uitkijken naar, en koele afwachting. Dat is een geschenk, mag je hopen, meer dan een aanleiding tot weer nieuwe prijzing. Alsjeblieft niet.

En bij al die zorg, vergeet niet te waarderen dat er enig licht is geschonken over je vroegere paden. De verwachtingen die je klemzetten. Je allergie. Je oplevingen bij het gewone doorkabbelen en volstrekte geruststellende saaiheid. Ze hadden je toen al duidelijk kunnen maken waar het gevaar zich aandiende.

Nog een fase verder: glimlachend de prijzing aanhoren, niet meer protesteren, later de was weer uit je oren peuteren. De speech gewoon voorlezen.

Goed gedaan, jochie.




Geen opmerkingen:

Een reactie posten