zondag 5 april 2015

Ieder zingt zijn eigen lied

Dat het virtuele reëel is, ja zelfs de kant van het Ene aan het reële is, betekent dus de specifieke modus te denken volgens welke het Ene, als de zuivere, over de beweging van haar simulacra beschikkende macht, nooit als totaliteit opgegeven is. Het kan dat niet zijn, omdat het reële ervan nu juist hierin bestaat dat het onophoudelijk nieuwe virtualiteiten actualiseert. De bevestiging dat het virtuele reëel is wordt, op haar beurt, tot een lofzang op de schepping, zoals Deleuze onder invloed van Bergson schrijft: 'als het geheel niet gegeven is en niet gegeven kan worden, dan is dat omdat het het Opene is en omdat het de eigenschap heeft om voortdurend te veranderen of plotseling iets nieuws te doen opkomen, kortom: duurzaam te zijn. "De duur van het universum moet dus één zijn met de ruimte van de scheppingsmogelijkheden die daarin tot hun recht kunnen komen"' (Cinema 1, 20, met het citaat uit Bergson L'évolution créatrice).
Alain Badiou

Gehoorzamend aan de wet van de filosofie, deze discipline van denken waarin de discussie weliswaar alomtegenwoordig maar slechts op innerlijk niveau werkzaam is, moet ik hier dus terugkomen op mijn eigen lied: het Ene is niet, er zijn slechts actuele veelheden, en het fundament is leeg.
 Alain Badiou, enkele bladzijdes verder



Geen opmerkingen:

Een reactie posten